Discussies en pamfletten
Deze maatregelen kwamen niet direct. Wel werd vanuit een andere hoek gereageerd. In Utrecht, in februari 1912, vergaderden corporaties en gemeentebesturen voor het eerst over het thema 'school en bioscoop'. Aan het einde van het overleg waren de genodigden overtuigd van het nut van de bioscoop voor het onderwijs. Er werd besloten onderzoek te doen naar de kosten voor het maken van schoolfilms en de manier waarop deze aan schoolkinderen konden worden vertoond.
Een lange reeks discussies begon. Er verschenen pamfletten waarop alle denkbare standpunten werden ingenomen en verdedigd – tot aan een algemeen bioscoopverbod toe. De discussies leidden er al vrij snel toe dat een aantal steden overging tot het instellen van een lokale filmkeuring, uitgevoerd door een plaatselijke bioscoopcommissie. Deze plaatselijke keuringen bleven gehandhaafd tot 1 maart 1928, toen de nationale filmkeuring – een wet uit 1926 – van kracht werd.