De eerste stap
In de winter van 1904-1905 begonnen de gebroeders Mullens (Alberts Frères) met het vertonen van films in de Haagse Kunstkring. Gedurende een aantal weken in december en januari vertoonden zij daar meerdere malen per week hun films, ieder jaar opnieuw. Dit waren de eerste tekenen van een verandering in de vertoningspraktijk: de bioscoop als vaste vertoningsplek voor film.
In grote buitenlandse steden verschenen rond 1905 de eerste bioscopen. Dit waren veelal kleine theatertjes (de Duitse benaming Laden-Kino verwijst naar de omgebouwde winkelpanden die vaak dienst deden als bioscoop) waar men voor een gering bedrag een filmprogramma kon zien (uit de toenmalige Amerikaanse toegangsprijs – een nickle (stuiver) – is het woord nickelodeon voortgekomen).