In een eivormig dakraam beweegt een flinterdun lint op de wind. Naast het suizen van de lucht, hoor je af en toe een insect zingen of een andere bezoeker zich galmend door de betonnen ruimte bewegen. De lage, ronde vorm van de zaal versterkt het geluid. Uit piepkleine gaatjes in de vloer stromen waterdruppels, ze glijden door de ruimte, voegen zich bij andere druppels en komen in stroompjes in lagere putjes terecht. Op je sokken probeer je niet in het water te stappen.
Ryoji Ikeda, Rei Naito en de Japanse kunst van het sublieme: van natuurfenomeen tot pixelpatroon
Vrijdag is de opening van de tentoonstelling van Ryoji Ikeda in Eye Filmmuseum. Ter introductie vergelijkt Isabel Harlaar twee schijnbaar tegengestelde Japanse kunstenaars: het werk van Rei Naito, die met haar kunst de wonderbaarlijke natuurwereld zichtbaar maakt, en het werk van Ryoji Ikeda, dat juist het materiële van de virtuele wereld openbaart.
Door Isabel Harlaar11 september 2018

Deze installatie, Matrix (2010) van de kunstenaar Rei Naito (Hiroshima, 1961), is te bezoeken op Teshima, een klein eiland in de Japanse binnenzee. Het Teshima Art Museum is er speciaal voor gebouwd: een gebouw als een aangespoelde witte schelp tussen de rijstvelden van het heuvelachtige eiland.
Voor je het gebouw mag betreden word je niet alleen tot je sokken veroordeeld, maar moet je ook je telefoon uitzetten (foto’s en filmpjes van Matrix zijn er hierdoor amper, maar deze video komt een klein beetje in de buurt van een bezoek). Daarbinnen is het ultieme in-de-wereld-zijn: de gaten in het dak geven een vrijbrief aan zonlicht, regen en wind – die naar binnen sluipen en, anders dan buiten, in de witte schelp ineens al je aandacht vangen, de kunst wórden. Het is ineens vanzelfsprekend dat je buiten je schoenen hebt moeten uitdoen: het past je hier nederig op te stellen. Met kleine ingrepen maakt Naito je attent op grootse fenomenen die altijd aanwezig zijn, maar juist daardoor niet opvallen.
“Ikeda laat op reusachtige schermen zien hoe de wereld (materie, tijd en ruimte) in data wordt omgezet: van natuurfenomeen tot pixelpatroon.”
Naito’s Matrix is een zintuigelijke herinnering aan de allerkleinste deeltjes waaruit het universum is opgemaakt, een omgeving waar je even kunt bestaan, los van de digitale impulsen die je normaliter constant omringen. Al is het eerste wat je buiten zult doen misschien een berichtje naar iemand sturen, over het mooie dat je zojuist hebt gezien. Is het mogelijk een monument te bouwen voor die datastroom – en de ontelbare andere data die tegenwoordig over de wereld razen?
Het werk van datakunstenaar en elektronische muzikant Ryoji Ikeda (Gifu, 1966) is ook een superzoom op het allerkleinste. Maar in plaats van water en wind toe te laten in zijn installaties, bouwt hij ruimtes met digitale verbeeldingen van fysieke fenomenen. In werken als data.matrix (2009) en the radar (2012) laat hij op reusachtige schermen zien hoe de wereld (materie, tijd en ruimte) in data wordt omgezet: van natuurfenomeen tot pixelpatroon.


Zijn installatie micro | macro (2015) is een geweldig voorbeeld hiervan: op de vloer worden op een immense oppervlakte visualisaties geprojecteerd van de allerkleinste deeltjes. Deeltjes zo klein dat ze niet meer onder de regels van tijd en ruimte, zoals vastgelegd in de algemene relativiteitstheorie, vallen, maar gemeten moeten worden in Plancklengte. Op de wand bewegen synchroon opnames van het allergrootste: de weidsheid van het universum, intergalactische vergezichten. Bezoekers worden uitgenodigd door de ruimte te wandelen (vaak ook op sokken), en op de krioelende data te gaan zitten of liggen. De ruimte is als een audiovisuele liefdesbrief aan het allergrootste en het allerkleinste, zowel zoom-in als zoom-out; een gelijktijdige microscoop- en telescoopopname van het universum, die je aan het denken zet over hoe jij je verhoudt tot alles wat je omringt, ook al begrijp je niks van kwantumfysica.
Een boel natuurlijke fenomenen bereiken ons via datapatronen. Data zijn een manier om de werkelijkheid te classificeren, in te delen, in hokjes te stoppen. In Ikeda’s installaties voel je dat dat niet slechts virtueel is. Zijn werk openbaart de materialiteit van het virtuele, maakt datastromen, frequentiemetingen en scans voelbaar en hoorbaar. In zijn test pattern-serie zet Ikeda bijvoorbeeld willekeurige afbeeldingen, geluidsbestanden en video’s om in binaire patronen. De nullen en enen projecteert hij als stroboscopische zebrapaden op de vloer. Onder begeleiding van een minimalistische elektronische soundtrack loop je over de elementaire deeltjes van de digitale bestanden waar je de hele dag door omringd bent – een zintuigelijke bewustwording van onze constante interactie met data.

Ikeda geeft weinig interviews, en onderstreept telkens dat zijn kunst draait om de individuele ervaring van de bezoeker. Daarom leggen zijn tentoonstellingsteksten vaak zo min mogelijk uit over de data die zich weldra voor je ogen en onder je voeten uitrolt. Het blijft vaak onduidelijk wat je precies ziet of hoort, wat er precies gemeten is in de data en soundscapes waardoor je overspoeld wordt – ruimte genoeg dus om je dan maar in die digitale deeltjes te storten. Het is aan jou of je in de datastromen een golfslag ziet, vingerafdrukken, een computerstoring, een wervelwind, een regenbui of een school vissen.
Zoals Rei Naito met Matrix een tempel oprichtte voor de elementen, zo bouwt Ryoji Ikeda voort aan zijn digitale tempels voor de elementaire deeltjes. Hij laat data stollen, stromen, dansen. Hij nodigt je uit om op je sokken een superzoom te ervaren op waterdruppels en windstromen.